Laat de ondergrond waarop je werkt weinig of geen water door? Kies dan voor een niet-waterdoorlatende fundering met straatlaag. Hieronder lees je wat je moet doen om tot een stabiel resultaat te komen. Volg de aanwijzingen nauwkeurig op. Anders kan de de kwaliteit van de plaatsing verminderen. Heb je te maken met een erg vochtige ondergrond? Voorzie dan voldoende drainage.
Draagvermogen niet-waterdoorlatende fundering (standaardbestek 250)
- steenslag-fundering onder rijbanen: minimum 110 MPa draagvermogen
- steenslag-fundering onder fietspaden/voetpaden: minimum 80 MPa draagvermogen
- steenslag-onderfundering: minimum 35 MPa draagvermogen
Doen
- Maak de ondergrond vlak en gebruiksklaar.
- Leg een eerste funderingslaag of een onderfundering met gebroken steenslag 0/20 of 0/40 met een beperkt aandeel nulfractie. Bij zware belasting zoals vrachtwagenverkeer voorzie je best een tweede laag zuivere steenslag of gebroken kalksteen. Tril beide lagen apart vlak en gebruiksklaar.
- Plaats hierop een fundering van 10 cm dik voor terras en 20 cm dik voor inrit of parkeerplaats. Gebruik bij voorkeur een niet-cementgebonden materiaal (bijvoorbeeld gebroken steenslag 0/20 mm) of een cementgebonden materiaal (bijvoorbeeld stabilisé met maximaal 100 à 150 kg cement per m³, klasse 32,5).
- Leg de fundering met 10 tot 15 % meer, zodat dit na het trillen gelijk ligt. Verdicht de laag met een trilplaat tot een egaal oppervlak.
- Breng op de fundering een straatlaag aan met een dikte van circa 3 cm bestaande uit ongebonden, zuiver, gewassen rivierzand 0/4 mm of gebroken steenslag 0/6,3 of 2/6,3 mm met een geschikte korrelopbouw en een beperkt aandeel fijne deeltjes.
- Een teveel aan fijne deeltjes kan ertoe leiden dat deze deeltjes door het water worden uitgespoeld en verdwijnen uit de straatlaag. Hierdoor ontstaan verzakkingen van de straatlaag en instabiliteit van het oppervlak. De ervaring leert ons ook dat gebruik van onzuiver zand kan leiden tot verkleuring van de tegel.
- Deze straatlaag dient om eventuele dikteverschillen op te vangen en vermindert de kans op kalkuitbloei. De straatlaag niet aftrillen, wel gelijktrekken met een rei. Niet opvolgen van deze richtlijn kan de kwaliteit van de bestrating negatief beïnvloeden.